top of page

Plötzlich Nepal / Ineens Nepal / Suddenly Nepal

  • hengartnermarieke
  • 6. Nov. 2023
  • 6 Min. Lesezeit

Aktualisiert: 10. Dez. 2023


ree

Kathmandu, 23.10.2023 Wir hatten die Idee vom Trekking schon vor einem halben Jahr, mein Herz und ich, aber es war denn doch wie auf einem Male soweit. Da stehen wir mitten in Kathmandu. Wir haben zuvor eingecheckt in einem Hotel, dass im Loneley Planet als unschlagbar beschrieben wird. Der Preisvergleich war ich gar nicht angegangen, ich fand 125 Dollar für 2 recht Okay, nachdem ich in Oman und Saudi fast immer für zwischen achtzig und hundert Dollar übernachtet hatte. In Kathmandu bekommt man für diesen Preis aber wirklich was überkandideltes, mit Türstehern die unterwürfig Namasté murmeln und dir deine Taschen aus der Hand ziehen. Nicht ganz unser Idee, aber wenn wir schon mal hier sind, ist es eben so. Das Restaurant ist exzellent, es steht ein Indischer Koch nam Herd. Am ersten Abend sticht ein Gericht aus die frischen Spinatblättern hinaus, die in einem Tempurateig zu perfekten knusprgen chips frittiert und dann gekonnt getoppt wurden mit einer überraschenden Kombination aus leichtsüssen, vollfetten Yoghurt, dickflüssigen Tamarindesiruptropfen und Granatäpfelkernen. "Eat it fast, before it gets soakey" rät der bescheidenen Waiter leise und mit niedergeschlagenem Blick, ganz nach traditionell hochstehender indischer Gastfreundschaft. Das gericht werde ich nicht versuchen, zu kopieren. Für sowas fehlen mir die Tools. Aber es bekommt einen speziellen Platz sich in meiner Erinnerung, wie das nur wirklich guten Gerichten bekommen.

Am nächsten Tag bekomme ich einen auf der Zunge dahinschmelzenden (natürlich nicht ganz veganen) Rogan Josh in einem perfekten warm-orangen Gravy, der getragen wird von einem vortrefflichen Paprikapulver. Dieser Koch weiss, wo er seinen Basisingredienten herholen muss. Und er weiss, wie sie einsetzen.

Wir lassen uns von einem Taxi nach Bakthapur fahren, dem histiorischen Teil von Kathmandu mit grösstem Tempelkomplex. Der Verkehr ist nicht weniger stinkig als ich es mir gewönt bin von Delhi oder Nairobi, aber wesentlich weniger laut. Wir fahren einen Kreisel an, spuren (bei Linksverkehr) Mitte links ein und fahren auf der Verkehrsinsel zu, wo einen Polizist entspannt am Zaun anlehnt. Wenn wir der Insel annähern, teilt sich der Verkehr plötzlich in zwei Strömen, einen rechts von der Insel und einen links. Der Taxifahrer fügt uns lakonisch in den rechten Strom, zwischen hunderte von bläulich qualmenden Mofas, vorbei an den Polizisten, der freundlich vor sich hin lächelt und ab und zu gebärdet, dass hier trotz links Verkehr die Rechtsumrundung Seiner Bescheidenheit auch durchaus erlaubt ist. Mir gefällt dieser nepalesischen Pragmatismus ausgesprochen. Wir gehen mit dem Flow, bis der Taxifahrer uns irgendwo gebärt, dass wir da sind.

Der Durbar Square, wo in drei Wochen zum hinduistischen Dahsein Festival 8 Ochsen und über 100 Geissen mit einzelnen Messerhieben enthauptet werden sollen, ein Vergnügen der eher fragwürdigen Art, das wir eh verpassen werden weil wir dann in den Bergen stecken, zeigt noch deutlichen Schäden auf vom grossen Erdbeben im 2015. Manche Tempel sind wieder aufgebaut, manche liegen noch ganz in Trümmern. Verschiedenen historischen Gebäuden haben abenteuerlichen Schräglagen bekommen. Die aus dem Lot geratenen Fassaden wurden nach dem Beben dürftig vor dem Einstürzen bewahrt, indem man sie mit schräg auf dem Platz stützenden Baumstämmen gepfählt hat. Ganze Stockwerke lehnen seither auf Pfosten, wie die Greisen auf ihren Stöcken.

Die Treppenformigen, sich immerzu nach oben verjüngenden Tempel stammen zum Teil noch aus Mittelalterlichen Zeiten, man darf sie alle beklettern, die Treppen, während man von seitlich von Fabelfiguren, Elefanten, Göttesbilder beobachtet wird.

Ich komme mir vor wie in das Buch aus meiner Kindheit, Mowgli beim Affentempel, die Formen sind genau so, nur der Jungle rundum fehlt, aber ich ahne, dass es sowas hier geben muss, in Nepal, einen mit Lianen überwachsenen, verfallenen Tempel, besiedelt von Affen, wie in meinen Kindheitsträumen, wie aus meinem alten Junglebook, das jetzt in meinem Büchergestell steht, dürftig zusammengebastelt mit Klebband verschiedenen Alters.

Ich habe immer gemeint, ich wolle mal nach Indien, um dort in der Pädiatrie zu arbeiten, aber wenn ich dies sehe, dieser Stadt mit seinem friedlichen, beschaulichen Kombi aus Budhismus und Hinduismus, dieses lauschige Kathmandu wo man sich immer auf wenigen Metern von einem liebevoll eingerichteten Opferstätte oder leisen Tempel befindet, wo niederen freundlichen Bauten mit liebevoll erhaltenen historischen Elementen die unnachvollziebar dahinwindenden Gassen säumen, denke ich, das dies es viel eher ist: Das dies das Land sein könnte, das dem Sehnsuchtsbild in meinem Kopf entspricht, dem Bild, das seit meiner Kindheit den Drang nach fremden Kulturen und Entdeckung nährt, dem Bild aus meinem alten Junglebook. Wenn ich ehrlich bin, hat meiner tiefgegründeten Neugierde nach dem Exotischen und dem Abenteuer mich überhaupt dazu gebracht, eine Ausbildung im medizinischen Bereich anzufangen. Fernziel war die ganze Zeit das grosse Weggehen, das eintauchen in das Unbekannte, das ich geduldig habe reifen lassen, bis die Zeit es mir zulässt. Ich wusste nur noch nicht, dass es eher Nepal wird als Indien. Ich befasse mich mit verschiedenen Projekten, die meiner Vorstellung entsprechen könnten und besuche eins in einem ruhigen Aussenquartier von Kathmandu, wo ich eine Person treffe, die mir ziemlich sicher weiterhelfen kann. Wir verstehen uns, und unseren Vorstellungen scheinen sich zu decken. Aber zuerst geht es auf den Trek.

Kathmandu, 23.10.2023 Het idee om een trekking te doen in Nepal kregen mijn lief en ik al een half jaar geleden, maar het leek toch plotseling zover te zijn. Daar staan we dan, midden in Kathmandu. We hebben ingecheckt in een hotel dat in de loneley planet als onovertroffen beschreven wordt. Ik had helemaal geen prijsvergrlijking gemaakt, ik vond 125 dollar voor twee personen best prima, in Oman en Saudi had ik bijna iedere nacht voor tussen de 60 en de 80 dollar geslapen. Maar in Kathmandu krijg je voor die prijs wel iets dat lichtelijk overdreven is, met een lakei die bij aankomst nederig namastee murmelt en je tas uit je hand grist. Het is niet helemaal wat we willen, maar nu we er eenmaal zijn ist het gewoon zo. Het restaurant is formidabel. Er staat een indiaase kok achter het fornuis. De eerste avond raak ik onder de indruk van een voorgerecht uit verse spinaziebladeren die in een luchtig tempuradeeg krokant gefrituurd zijn. Ze hebben er een paar lepels volvette joghurt over gedaan, een paar druppels dikke zoete tamarindegelei en granaatappel. De ober fluistert met neergeslagen blik "eat it fast before it gets soakey", helemaal volgens de regels der indiaase gastvrijheid. Ik ga niet proberen om het recept na te koken. Dat gaat niet lukken. Maar het krijgt een speciale plek in mijn herinnering, zoals alle echt goede recepten dat krijgen. De volgende dag bestel ik een (niet echt heel veganistische) rogan josh. Het boterzachte vlees wordt geserveerd in een diep-oranje saus die gedragen wordt door een uitzonderlijk smakelijk paprikapoeder. Deze kok weet waar hij zijn basismateriaal vandaan moet halen. En hij weet hoe hij het moet gebruiken.

We nemen een taxi naar Bakthapur, het historische deel van Kathmandu met een groot tempelcomplex. Het verkeer stinkt net zo als in Nairobi of New Delhi maar maakt wel beduidend minder herrie. We rijden een rotonde op, sorteren links midden voor (er wordt hier links gereden) en rijden op het verkeerseiland af waar een agent ontspand tegen een hekje leunt. Maar kort voordat we het eiland links gaan omronden, splitst het verkeer ineens in een stroming links en een stroming rechst van het eiland. De taxichauffeur voegt laconiek rechts in, langs de vriendelijk glimlachende agent die af en toe gebaart dat er hier behalve linksom ook echt wel rechts om zijn bescheiden persoon heen gereden mag worden. Ik vind dat nepalees-pragmatische geweldig. We laten alles lekker gebeuren tot de taxichauffeur ons duidelijk maakt dat we er zijn.

De Durbar Square, een plein waar over een week of drie 8 Ossen en meer dan 100 geiten stuk voor stuk met een mes onthoofd gaan worden, een schouwspel waarvan ik niet zeker weet of ik het spannend of griezelig vind en dat we zowiezo niet gaan zien omdat we dan in de bergen zitten, gaat nog letterlijk gebukt onder de gevolgen van de grote aardbeving in 2015. Sommige tempels zijn weer gerestaureerd, andere liggen nog in puin. Er zijn verschillende historische gebouwen die vervaarlijk voorover zijn gaan hellen, en die nu gestut worden door scheef ertegenaangeplaatste boomstammen. Sinds de grote ramp rusten ze op stokken, als oude mannetjes op hun kruk. De trapvormige, naar boven steeds smaller wordende tempels stammen gedeeltelijk uit de middeleeuwen. Je mag ze gewoon beklimmen, de trappen zijn versierd met beelden van goden, van oliefanten, van fabelwezens. Ik voel me als in een boek uit mijn kindertijd, Mowgli in de apentempel, de vormen zijn precies hetzelfde, alleen de jungle mis ik, maar ik heb een voorgevoel dat er zoiets bestaat hier in Nepal, een tempel die door lianen overgroeid is en door apen bewoond wordt, net als in mijn boek van Mowgli, dat nogsteeds in mijn boekenkast staat, klungelig in elkaar geknutseld met plakband uit verschillende decennia.

Ik heb altijd gedacht dat ik ooit eens naar India wil om in de kindertherapie te gaan werken. Maar als ik dit zie, dit gemoedellijke Kathmandu waar je altijd op een steenworp afstand van een liefdevol onderhouden tempel of offeraltaar bent, waar lage huizen met zorgvuldig in stand gehouden historische gevels de kronkelsteegjes omzomen, dan denk ik, dat dit het misschien wel gaat worden, dat dit land het meest overeenkomt met het beeld dat ik sinds mijn jeugd in mijn hoofd heb, het beeld van avontuur en vreemde culturen, van me helemaal onderdompelen in een wereld die ik nog niet ken... een beeld dat me er als ik eerlijk ben toe gebracht heeft om überhaupt de medische sector in te gaan. Het uiteindlijke doel was altijd het grote avontuur, alleen de tijd moest er nog rijp voor worden. Ik wist alleen al die tijd nog niet dat het eerder Nepal gaat worden dan India.

Ik zoek op internet een paar projecten naar mijn voorstelling en kan er ook een gaan bekijken. Ik ontmoet een persoon die me verder helpen kan. Onze ideeen lijken compatibel. Maar nu gaan we eerst de trekking doen.





 
 
 

Σχόλια


Beitrag: Blog2_Post
bottom of page